code: | A2440 | studiebelasting: | 9 sp | periode: | sem. 2 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
naam: | Weco. Management en organisatie van dienstverlenende organisaties 2 | ||||||
internet: | rooster | ||||||
opleiding/fase: | econ/d23/profiel, econ/d123 (deeltijd)/profiel | ||||||
voertaal: | Nederlands | ||||||
docent(en): | drs. H.A.J. Krosse | ||||||
contactpersoon: | drs. H.A.J. Krosse | ||||||
secretariaat: | M&O/Org | ||||||
aanmelding: | bij Studenten Informatiecentrum, vóór 1 december | ||||||
toelatingseisen: |
|
||||||
aanbevolen: |
|
||||||
onderwijsvorm: | werkcollege | ||||||
tentamenvorm: | - | ||||||
tentamenperiode: | n.v.t. | ||||||
tentameneisen: | - | ||||||
tentamenstof: | verplichte literatuur en collegestof |
Zie onder.
Het werkcollege Management en Organisatie van Dienstverlenende
Organisaties, dat binnen diverse bedrijfseconomische trajecten kan worden
gekozen, is ontwikkeld voor (toekomstige) leidinggevende functionarissen en
organisatie-adviseurs in dienstverlenende organisaties.
Het werkcollege beoogt bij de deelnemers de bekwaamheid en de motivatie te
ontwikkelen, vraagstukken op het gebied van bestuur, beheer, management,
cultuur, organisatie-ontwikkeling en strategisch beleid van dienstverlenende
organisaties op creatieve, doelgerichte en doeltreffende wijze tot een oplossing
te brengen. Iedere week komen de deelnemers bijeen om kennis te nemen van de
meest recente inzichten in de (toegepaste) beleids- en organisatiewetenschappen.
Met name vanuit praktijkervaringen in de not-for-profit- en de overheidssector
wordt tijdens dit werkcollege onder meer nader ingegaan op vormen van
samenwerking en samenhang van de private en de publieke sector. Het begrip
sociale verantwoordelijkheid van managers en werknemers speelt daarbij een niet
weg te denken rol.
De deelnemers aan het werkcollege Management en Organisatie van
Dienstverlenende Organisaties doorlopen - als beide modulen (A2439
en A2440) gevolgd worden
- in negen maanden een intensief interactief leerproces, dat bij de deelnemers
een fundamentele en vaak verrassende heroriëntatie op het moderne management
teweeg blijkt te brengen.
Door de interactie tijdens het leerproces ontstaat voorts een hechte band tussen
de deelnemers onderling. Het relatienetwerk, dat al vanaf het begin van het
wercollege ontstaat, blijkt in de praktijk zeer waardevol te zijn, onder meer
voor de concrete organisatie van de werkcollege-activiteiten. Zo worden de
(wekelijkse) werkcollegebijeenkomsten in principe door de deelnemers zelf
georganiseerd. De hoge kwaliteit van de eigen universitaire- en de gastdocenten,
de interactieve en gevarieerde werkvormen, alsmede de inbreng vanuit de praktijk
van het merendeel van de deelnemers zelf (deeltijdstudenten, die zelf reeds in
de praktijk werkzaam zijn), zorgen voor een unieke leeromgeving indien men dit
vergelijkt met "normale" (werk)colleges.
Het werkcollege-programma omvat onder andere: training in methoden en technieken
van organisatie-onderzoek, communicatieve vaardigheden, literatuuronderzoek,
case-behandeling.
Naast het vervaardigen van werkstukken op basis van literatuuronderzoek, het organiseren van groepsbijeenkomsten rond bepaalde collectief (en/of individueel) uitgevoerde werk- en studie-opdrachten zijn de deelnemers in groepsverband verantwoordelijk voor de acquisitie èn de uitvoering van een adviesopdracht/bedrijfsopdracht. Op grond van een grondig organisatie-onderzoek en ondersteund door literatuurstudie wordt een probleemoplossend advies inzake een concreet functioneringsvraagstuk uitgebracht, inclusief een implementatieplan voor doorvoering van het advies in de organisatie.
|