|
|
|
|
|
|
|
||
|
||
|
|
|
|
||
|
||
| code: | A2044 | studiebelasting: | 3 sp | periode: | trim. 3 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| naam: | Voortgezet programmeren 3 | ||||||
| internet: | homepage, rooster | ||||||
| opleiding/fase: | i&e/d1, ectrie/d23/major | ||||||
| voertaal: | Nederlands | ||||||
| docent(en): | drs. M.T.H. Polman | ||||||
| contactpersoon: | drs. M.T.H. Polman | ||||||
| secretariaat: | Inf | ||||||
| aanmelding: | - | ||||||
| toelatingseisen: | - | ||||||
| aanbevolen: | |||||||
| onderwijsvorm: | 3 uur hoorcollege per week | ||||||
| tentamenvorm: | mondeling tentamen naar aanleiding van de gemaakte opdrachten. Bij de beoordeling hiervan wordt uitgegaan van de kennis en het inzicht dat is verworven bij A2043 - Voortgezet programmeren 2. | ||||||
| tentamenperiode: | mei/juni, augustus (herkansing) | ||||||
| tentameneisen: | voldoende resultaat voor het practicum | ||||||
| tentamenstof: | collegestof, verplichte literatuur, opdrachten | ||||||
Kennis van en ervaring met moderne software engineeringtechnieken en -omgevingen, i.h.b. het J2EE (Java 2 Enterprise Edition) platform in combinatie met Jbuilder.
Souplesse bij het samenstellen van een werkende gedistribueerde applicatie uit al bestaande dan wel zelf geprogrammeerde componenten.
De colleges behorend bij Voortgezet programmeren 3 pogen duidelijk te maken dat de weg van een globaal idee over hoe een probleem opgelost moet worden, naar een daadwerkelijk draaiende applicatie, niet noodzakelijk lang is, en niet noodzakelijk grote hoeveelheden programmeerwerk herbergt. De moderne software engineer maakt gebruik van tools, platforms en gestandaardiseerde oplossingen om een probleem te lijf te gaan. Tijdens het ontwikkelen van een applicatie wordt bij de beschikbaarheid van deze middelen de nadruk meer en meer gelegd op het modelleren/ontwerpen i.p.v. het traditionele 'programmeren'.
In Voortgezet programmeren 3 wordt als raamwerk voor applicatie-ontwikkeling het J2EE (Java 2, Enterprise Edition) platform geïntroduceerd. Dit is een verzameling standaarden en strategieën, ondersteund door diverse tools, welke de ontwikkelaar helpen om gedistribueerde enterprise-software te produceren die voldoet aan algemene eisen t.a.v. onderhoudbaarheid, schaalbaarheid, robuustheid etc.
Natuurlijk horen bij dit college opdrachten, die, almaar groeiend in complexiteit, de student een goed beeld bijbrengen van moderne gedistribueerde applicatiebouw op het J2EE-platform. Als voornaamste ontwikkeltool hierbij zal JBuilder gebruikt worden.
Het vak wordt afgesloten met een uitgebreide nabespreking van de gedurende het trimester gemaakte opdrachten, welke mede het eindcijfer bepaalt.
Dit vak maakt onderdeel uit van de serie A2054/5/6 - Programmeren 1, 2 en 3 en 2042/3/4 - Voortgezet programmeren 1, 2 en 3.
Wordt nader bekendgemaakt.
|
||||||
 |
 |
|||||
|
|
 |
 |
|
 |
|