|
|
|
|
|
|
|
||
|
||
|
|
|
|
||
|
||
In de praktijk is er bij het oplossen van economische vraagstukken vaak behoefte aan kwantitatieve analyses. Wie in een bedrijf een productiebeslissing moet nemen wil bijvoorbeeld voor elk van zijn producten weten hoeveel stuks er geproduceerd moeten worden en wanneer dit moet gebeuren. Wiskundige modellen kunnen dan gebruikt worden om een productieplan te ontwerpen waarvan de totale kosten zo laag mogelijk zijn. Evenzo maakt men in de financiële wereld gebruik van wiskundige modellen om prijzen te berekenen voor opties, termijncontracten en andere financiële instrumenten. Ook bij de economische overheidspolitiek wordt veelvuldig gebruikt gemaakt van kwantitatieve analyses. Voor elk van deze vraagstukken zal het meest geschikte wiskundige model moeten worden opgesteld en geanalyseerd. Dit is het werk van de econometrist. De opleiding econometrie is er primair op gericht de student de hiervoor benodigde economische theorie en kwantitatieve vaardigheden bij te brengen. Aanleg en belangstelling voor de wiskunde is voor deze opleiding een noodzakelijke voorwaarde.
Binnen de opleiding Econometrie kan na propedeuse + doctoraal-1 gekozen worden uit de trajecten Logistiek, Financiële econometrie, Marketing en Algemene econometrie.
Voor de opleiding Econometrie gelden de volgende algemene doelstellingen:
De afgestudeerde:
De algemene doelstellingen a. en b. zijn als volgt gepreciseerd:
De econometrist:
Per 1 januari 1998 is er een opleidingsdirectie voor Econometrie benoemd. De samenstelling daarvan is momenteel als volgt:
| Opleidingsdirecteur: | prof.dr. A.C.F. (Ton) Vorst |
|---|---|
| Adjunct-directeur: | mw. drs. E.E.V. (Elselien) Taconis-Haantjes |
| Student-lid: | J. (Johan) van Andel spreekuur: maandag van 13.00 - 14.00 uur |
| Beleidsmedewerker: | drs. W.A. (Wouter) van den Brink |
| Secretaresse: | mw. P.L. (Elli) Hoek van Dijke |
Voor studenten is natuurlijk vooral van belang dat men in de persoon van Johan van Andel ook echt officieel vertegenwoordigd is in de opleidingsdirectie. Maakt u daar ook gebruik van, door u vooral ook tot haar te richten als er zaken zijn zoals: de zwaarte/de studeerbaarheid van het programma; onderwijsevaluaties en kwaliteitsbewaking en informatievoorziening, die u onder de aandacht van de directie wilt brengen. U kunt natuurlijk ook contact opnemen met de andere leden van de directie. Problemen met specifieke vakken kunt u ook eerst met de betrokken docent bespreken. Voor problemen rond de studievoortgang, al dan niet op het persoonlijke vlak, kunt u contact opnemen met mevr. Taconis-Haantjes.
Het voornaamste doel van de onderwijsdirectie is ervoor te zorgen dat u een kwalitatief hoogstaande opleiding met goede toekomstperspectieven aangeboden krijgt. Dat doel moet natuurlijk primair door onze docenten worden gerealiseerd, maar de opleidingsdirectie hoopt er ook het nodige aan bij te dragen.
Om de zwaarte van de opleiding in de gaten te houden, zullen we daar altijd naar vragen bij de onderwijsevaluaties. Vult u alstublieft juist deze vragen ook in, mede in uw eigen belang en dat van uw opleiding. Die onderwijsevaluaties vormen voor ons een belangrijk instrument bij de kwaliteitsbewaking van het onderwijs: we nemen ze zeer serieus. Ter aanvulling op de evaluaties wonen wij ook colleges bij.
De opleidingsdirectie zal ook letten op uw studievoortgang. We doen dat enerzijds voor de statistiek (we moeten betrouwbare informatie kunnen leveren over de studievoortgang van onze studenten), maar ook om tijdig knelpunten te kunnen vaststellen en eventueel te verhelpen.
Tenslotte controleert de opleidingsdirectie de voortgang bij de scriptie. Om een totaal idee van de kwaliteit van het onderwijs te krijgen worden na uw afstuderen exit-enquêtes en exitdiners gehouden.
|
||||||
|
 |
|||||
|
|
 |
 |
|
 |
|